Bestaat er nog avontuur in Nederland? Jazeker: een tocht naar een van de waddeneilanden of zandplaten voor onze kust. U kunt lopen in een wonderlijk niemandsland, waar op het ene moment visserschepen varen en waar u even later wadend of droogvoets uw weg kunt gaan.
Schoonheid
Wandelen in het waddengebied betekent het betreden van een oerwereld van verrassende schoonheid, van vergezichten en wolkenluchten, van wadpieren en vogels. Stoutmoedige lieden ontdekten dat men ook te voet die bijzondere wereld, noch land noch zee, kan binnentrekken. Niet zo maar, maar met voldoende kennis van de getijden, van het weer, van geulen en prielen, van kaart en kompas. Pas dan is er een kans om de strijd met tij en tijd te winnen, om succesvol te zijn in het spel met de zee in haar zwakke momenten. Die strijd begint direct buiten de dijk waar wadlopers eerst door een flinke laag slib langs de strekdammen van de landaanwinning moeten baggeren, voor ze onbekommerd kunnen genieten van de onmetelijke waddenwereld.
Wantij
De tocht voert daarna over het wantij. Dat is het hoger gelegen gebied tussen de kust en een eiland of plaat. Hier ontmoeten de twee vloedstromen die vanaf de Noordzee van weerskanten om een eiland heen de Waddenzee binnenstromen elkaar en daar is de minste doorgaande stroming. Er ontstaat een aaneenschakeling van hoger gelegen banken en lager gelegen vlakten, doorsneden door geulen en prielen. Een gebied waar fysieke inspanning samengaat met genieten van de natuur.